Dit gedicht hangt op de muur van een van mijn verpleeghuisbewoners. Ik vind um mooi. Ik hoop zij ook. Of, vraag ik mij af, is het haar familie die dit mooi vindt? Mevrouw haar hoofd is al enigszins verwaaid. Waarmee ik bedoel dat zij al gegrepen is door de wind van dementie die in haar hoofd rondwaart. Je weet het niet precies, wie zij was voordat… Ik kan de levensgeschiedenis wel lezen, maar dat maakt niet uit. Daarvoor moet je iemand ook echt meegemaakt hebben.
Bij mij komt door het gedicht direct de film naarboven: “the divingbell and the butterfly”. Ik heb deze film uit 2007 een aantal jaren geleden gezien tijdens de week van de palliatieve zorg. Dan worden in Utrecht bijzonder indringende films getoond waarin mensen in een laatste stadium van hun leven belanden. Dit waar gebeurde verhaal gaat over de hoofdredacteur van het Franse “Elle magazine”, Jean-Dominique Bauby. Een charismatische gescheiden levensgenieter en groot vakman. Hij krijgt een zogenaamd “locked in syndroom” door een massaal herseninfarct, als hij zijn zoontje ophaald voor een ritje in zijn rode cabrio. Hoe bizar dat hem dit overkomt. Zijn wervelende leven staat direct stil. De geest van Bauby blijft volledig helder dus hij weet precies wat er gaande is, alleen zijn lichaam is totaal verlamd. En het enige wat hij nog kan is met zijn linker oog knipperen en een beetje zijn hoofd bewegen. Al knipperend schrijft hij een boek samen met een logopediste die de ‘knippers’ leert te vertalen in een woord. Een woord kost 6 minuten om samen te stellen. Het boek ‘schrijven’ is in 1997 voltooid. 3 dagen later overlijdt Bauby aan een longontsteking.
De titel is een tweedeling waar hij zich in bevindt. De divingbell, het onbereikbare onderwater gevoel wat hij heeft om een ieder om zich heen te bereiken. Daarnaast dat van de vlinder, die in zijn verbeelding vanuit zijn herinneringen, kan reizen daar waar hij maar heen wil. Zonder grenzen, zonder hoop voor de toekomst.
Wat dapper is dat toch. Wat een moed zie ik ook dagelijks bij de oudere mens die zich ook niet goed meer uit kan drukken, kan praten, kan horen, zien, bewegen. En een geduld om ‘gewoon’ het leven te leven wat er voor handen is. Ik heb er bewondering voor en hoop het ook te kunnen tegen die tijd. Of dat ik dan weg kan vliegen op de beelden die ik dan verzin, zoals Bauby.
net als de wind
de nacht is onzichtbaar
als de dag begint
onzichtbaar zijn de dingen
die ik kwijt ben
die ik nooit meer vind
maar
met mijn ogen dicht zie ik alles
wat mijn hoofd verzint
Hans en Monique Hagen
Wat mooi en ontroerend om op die manier een boek te schrijven!
Rita, wat heb jij dat mooi verwoord!
Lieve groet Barbara.
Opnieuw heel mooi & bijzonder Rita!
Ik kijk elke week weer uit naar je column.